De huidige boerderij dateert uit de 18de of begin 19de eeuw. Rond 1980 kreeg het een nieuwe bestemming en werd het pand tot woonhuis verbouwd. Hier bevond zich voor 1722 de boerderij van Antonius Crols, pastoor in Bavel. Hij erfde de boerderij van zijn moeder,die stierf in 1701; het ging dus om een 17de eeuwse boerderij.
Categorie: Gemeentelijk monument (Pagina 2 van 4)
Het huis is rond 1870 gebouwd door een van de zonen van Willebrordus van de Lisdonk. In 1895 komt het in bezit van Josephus van Besouw. Hij vestigt zich hier als bakker en bouwt bij het huis een bakkerij. Het betreft een éénlaags huis met zadeldak. Voor het huis bevindt zich een eigen stoep met stoeppalen. In het pand zit nu een kapsalon.
Dit huis werd in 1869 gebouwd door Peter van de Pol, broer van Cornelis van de Pol die het pand op nummer 33 bouwde. Waarschijnlijk bouwde ook Peter op grond die hij van zijn vader erfde. Later kwam het huis in eigendom van zijn neef, de zoon van koster Cornelis. Hij vestigde zich hier als wever en bakker.
Deze woning betreft een zeldzaam wordende variant van het Kempisch dorpshuis: een eenvoudig klokgevelhuis. In 1832 was de grond waarop het staat nog bouwland, zo staat het althans vermeld op een kadastrale kaart uit dat jaar. De grond was in bezit van de kinderen van Vincentius van de Pol, later werd het eigendom van een van hen, Adriaan.
In 1830 stond hier een hele lange boerderij van familie De Groot. Via het huwelijk van een dochter van Hendrik de Groot met Frans Vermeulen kwam de boerderij in handen van de familie Vermeulen.
De houten schuur werd in 1903 gebouwd. In 1924 werd de boerderij gesloopt en bouwde Frans Vermeulen op dezelfde plaats een nieuw woonhuis met Hollandse stal. Het woonhuis met mansardedak is later opgedeeld in twee woonhuizen. Lees verder
Het Heilig Hartbeeld is uit 1927. Het is gemaakt van kunststeen en heeft een gietijzeren stralenkrans. Op de sokkel staat IHS, de afkorting van lesus Hominum Salvator (Jezus de redder der mensen). Op de bloembakken staan de letters A en Q, de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet, als symbool voor het begin en het einde.
De aanleiding tot de bouw van de kapel was een dankbare parochiaan die een dag na de bevrijding van Goirle (27 oktober 1944) pastoor Leo Pessers een Mariabeeld aanbood met de bedoeling dit beeld in een kapelletje langs de weg te plaatsen als een blijvende getuigenis van dankbaarheid ‘voor de zichtbare bescherming die Zij ons gedurende de laatste weken voor de bevrijding heeft gegeven’.